Drijvend werktuig dat zelfvarend is tijdens transport kleiner dan 55 m.

Wordt voldaan aan de volgende voorschriften?

  1. De maximale vaartijd van het schip bedraagt 12 uur per dag en 50 uur per kalenderweek;
  2. De minimale dagelijkse ononderbroken rusttijd van de schipper bedraagt ten minste 12 uur in elke periode van 24 uur, te rekenen vanaf het einde van iedere rustperiode van ten minste 12 uur;
  3. Het schip onderbreekt de vaart gedurende een periode van 12 uur waarin de periode van 22.00 uur tot 06.00 uur is gelegen;
  4. Er is een vanuit het stuurhuis bedienbare reserve-toplicht aanwezig;
  5. Het schip is uitgerust met een goed functionerende tachograaf die in werking is gesteld vanaf het begin van de voorafgaande ten minste 8 aaneengesloten uren durende onderbreking van de vaart en waarvan de gegevens gedurende ten minste zes maanden na de laatste aantekening daarop in chronologische volgorde aan boord worden bewaard;
  6. Vervoer van stoffen waarvoor op grond van het ADN een certificaat van goedkeuring als bedoeld in bijlage 1 bij de Regeling vervoer over de binnenwateren van gevaarlijke stoffen is vereist, is niet toegestaan;
  7. Er wordt niet gevaren op de Westerschelde;
  8. Het schip voldoet aan artikel 5.7 BVR (S1 of S2); en
  9. Voor zover het motorschip een lengte heeft van meer dan 33 meter, is actieve boegbesturing bedienbaar vanuit het stuurhuis aanwezig.